Column: Kinderwens

Daar zit je dan, in een zaal vol met stelletjes die allemaal op zoek zijn naar een geslaagde bevruchting. De verpleegkundige die de avond leidt doet haar best om uit te leggen hoe alle procedures werken, dat ze niet iedereen blij kunnen maken en dat we ons moeten voorbereiden op een intensief traject. Onbewust kijk je om je heen en vraag je je af wie er gaan slagen met deze missie en wie niet. Het babyroulette is begonnen. Je schat stiekem je kansen in, en die van een ander. Dat echtpaar daar lijken me aardige mensen, die verdienen gewoon een kind. Maar misschien is het voor de mensheid beter dat dat vreemde stel met die enge man en die vrouw in die rare jurk zich niet voortplant.

Diezelfde mensheid blijft een vreemd fenomeen. Terwijl we aan de ene kant ons uiterste best doen om nieuw leven op de wereld te zetten, schieten ze een eindje verderop een vliegtuig vol kostbare mensen uit de lucht of bouwen ze een Idiote Staat zonder respect voor het leven. Die spagaat zal er voorlopig nog blijven, dus laat dat niet een reden zijn om geen kinderwens te mogen hebben. De kosmos drijft op nieuw leven en obstakels zijn er - ook op dit gebied - om genomen te worden.

Ervaringsdeskundige
Uw columnist weet waar hij over praat. Nog voordat ik actief werd in de acupunctuur-patiëntenvereniging liep ik samen met mijn vrouw het ziekenhuis in en uit omdat kinderen krijgen niet wilde vlotten. We kwamen gynaecologen tegen die soms meelevend, soms ronduit bot waren en die patiënten slechts als een medisch object beschouwden. De één wilde dat we allerlei onderzoeken ondergingen, de ander wilde een kijkoperatie laten uitvoeren. Dokter Bibber voor volwassenen leek zowat werkelijkheid te worden. Uiteindelijk kwamen we op advies van vrienden bij ene dokter Bernardus terecht. Deze man begreep ons volledig en stelde een aanpak voor die ons aansprak. Het leek wel of we zelf zijn kinderen waren, zo geruststellend en vaderlijk vertrouwd kwam hij over. En hij deed wat hij beloofde, namelijk: z’n best.

Eenmaal in de medische molen begon de marsroute met een informatieavond voor stellen met een kinderwens. Tijdens die avond en ook daarna werd er met geen woord gerept over de mogelijkheid van acupunctuur. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat mijn vrouw en ik daar niet bij hebben stilgestaan. Misschien hadden we onszelf een hoop gedoe kunnen besparen als we naar een acupuncturist waren gegaan. We kenden de mogelijkheid indertijd simpelweg niet en er was ook geen arts die ons erop attent maakte. Daar komt bij dat we ons verlangen om een kindje te krijgen zoveel mogelijk privé wilden houden, dus mensen in onze omgeving die ons erop hadden kunnen wijzen, waren niet op de hoogte van onze hartewens. Ik weet zeker dat veel kinderloze stellen er op een vergelijkbare manier in zitten; je wilt dit niet per se aan de grote klok hangen, omdat je niet zit te wachten op begriploze of (te) begripvolle reacties van familie, vrienden en collega’s. Hopelijk draagt dit nummer van Acupunctueel! bij aan het vergroten van de nodige kennis bij de juiste doelgroep. En natuurlijk schuift u dit blad een keer onopvallend onder de neus van mensen in uw omgeving van wie u vermoedt dat u ze er een dienst mee bewijst.

Nachtmerrie
De verpleegkundige van die bewuste informatieavond kreeg wel gelijk: het werd inderdaad een intensieve belevenis met pieken en dalen. De hoogste piek was uiteindelijk de geboorte van een prachtige tweeling. In het begin ben je nog even bang dat er iets fout zal gaan. Dan heb ik het niet over medische complicaties, maar over een administratieve fout. U moet weten: bij het inleveren van mijn mannelijke bijdrage stond er een grote, negroïde man achter mij in de rij. Ik heb gedurende de zwangerschap regelmatig gedroomd dat tijdens de bevalling zou blijken dat de dame in het ziekenhuis, die verantwoordelijk was voor de stickers, een slechte dag had gehad. Even niet goed opgelet omdat ze moest niezen of zo. Of omdat er een knappe dokter voorbij liep. En dat er vervolgens een kleine Pieterbaas aan de navelstreng zou hangen.
Terwijl vrouwlief in het kraambed lag te zuchten en te steunen, juichte ik van opluchting toen de eerste “worp” een feit was. Dat kleine meisje is er een van mij! Correctie: van ons. En naarmate de tijd voortschrijdt ga je jezelf steeds meer herkennen in je ukkies. Zowel qua uiterlijk als qua gedrag.
Tot grote schrik van hun moeder hebben ze ook nog hetzelfde gevoel voor humor als hun vader. Daar heeft u dankzij deze columns wellicht een beeld van gekregen. Uw steunbetuigingen aan mijn vrouw zijn dan ook van harte welkom.