Acupuncturist aan het woord: P. van Delft

Paul van Delft heeft een acupunctuurpraktijk in Bergen op Zoom (Noord-Brabant). Daarnaast werkt hij zestien uur in de week als fysiotherapeut in een verpleeghuis dat gespecialiseerd is in de revalidatie van mensen die een beroerte hebben gehad. Paul van Delft is lid van de NVA.

 

Hoe bent u met acupunctuur in contact gekomen?
Nadat ik afgestudeerd was als fysiotherapeut, heb ik een half jaar in het Nederlands Astmacentrum in Davos (Zwitserland) gewerkt. Daar heb ik onder andere gezien hoe iemand met cystic fibrosis, de taaislijmziekte, veel baat had bij acupunctuur. Niet dat acupunctuur die ongeneeslijke ziekte kon genezen, maar de patiënt kon daardoor wel veel beter functioneren.
Toen ik later terug in Nederland in een fysiotherapiepraktijk werkte, behandelde ik eens een vrouw met trigeminusneuralgie – dat is een heftige aangezichtspijn – met elektrotherapie om de pijn te bestrijden. De eerste vier keer gebeurde er helemaal niets. De vijfde keer ging het iets beter, en de zesde keer was het helemaal weg. Maar die vrouw vertelde toen dat ze de laatste twee weken ook naar een acupuncturist was geweest, en dat was het verschil.
Daarna ben ik me in acupunctuur gaan verdiepen. De filosofie achter acupunctuur sprak me erg aan: het holistische en het evenwicht tussen yin-yang. Daarom ben ik de vierjarige Jing Ming acupunctuuropleiding in Antwerpen gaan doen, en nu werk ik alweer sinds 1992 als acupuncturist.

 

Heeft u ervaring met behandelingen om af te vallen en tegen hooikoorts?

Ja, met allebei. Ik behandel vrij veel mensen die willen afvallen. Ik doe dat uitgebreid, maar ik zou liever zien dat mensen met overgewicht door een team behandeld werden, want de problemen zijn vaak vrij complex. Het wat eenvoudigere overgewicht is vaak gemakkelijk aan te sturen en te behandelen, en dan kun je ook wel adviezen geven. Maar in de complexere gevallen is er veel meer aan de hand en daar zou je ook minstens een psycholoog bij moeten hebben en een coach die diëtist is. Iemand die geschoold is in oosterse zienswijzen, zou natuurlijk goed aansluiten bij de acupunctuur.
Dat zou ik zelf heel prettig vinden, maar in de praktijk is dat heel moeilijk te realiseren. Daarom heb ik zelf wel eens een cursus gevolgd over afvallen met behulp van TCM. Je ga uit van het type mens dat je voor je hebt; er zijn verschillende typologieën. Daarnaast breng je in kaart wat de oorzaak is van het overgewicht. Dan begin ik eigenlijk altijd met een acupunctuurbehandeling om blokkeringen op te heffen, bepaalde leegtes wat op te peppen en om de stofwisseling te stimuleren. Vaak zie je ook dat er een bepaalde stressfactor onder ligt, zoals bij mensen die eetbuien hebben. Dat kun je met acupunctuur makkelijk blokkeren, dat doe ik dan via ooracupunctuur.
Op basis van de typologie die ik heb vastgesteld, wordt er een dieetadvies gegeven. De typologie is gebaseerd op hormoondominantie. Bij het schildkliertype bijvoorbeeld, is de schildklier dominant. Die mensen mogen absoluut geen suikers en geen geraffineerd voedsel. Die geef ik ook het advies om zeker in de eerste periode geen fruit te eten. Ik vraag mensen altijd wel of ze het aankunnen in de context van hun leven, want het moet wel lukken.
Als het niet lukt, vraag ik naar hun eigen ervaringen met diëten, of er eentje is die goed bevalt. Dat zou dan een keus kunnen zijn. Ik wijs er wel op welke voedingsmiddelen ze absoluut moeten mijden en dat ze gevarieerd moeten eten. Sommige mensen eten ook erg weinig, en die moet je dan adviseren om wel het goede te eten maar dan meer, want die stofwisseling moet gestimuleerd worden.
Als mensen het dieet voor hun type wel zien zitten, is dat een grote winst. Want vaak zie je dat het dan hard kan gaan, als je de diagnose juist gesteld hebt. Het gewicht komt dan in beweging.
In het begin behandel ik mensen drie keer in drie weken. Dan is het dieet ingesteld en heb ik verblijfsnaalden in het oor geplaatst en kan ik ook beoordelen of mensen ook kruiden nodig hebben. Overgewicht is vaak toch een kwestie van ‘damp’ of ‘slijm’ in de TCM-terminologie. Dan moeten ze zelf aan de gang met hun dieet en het veranderen van hun leefstijl; ze moeten meer gaan bewegen. Ik vraag ze dan na een maand terug te komen. Mensen die het psychisch zwaar hebben, laat ik eerder terugkomen. Je probeert ook een gedragsverandering teweeg te brengen.
Heel eenvoudige adviezen die men ook in de westerse geneeskunde geeft, zijn vaak heel belangrijk, zoals regelmatig eten; goed kauwen; rustig eten; niet tegelijkertijd nog iets anders doen; vers voedsel eten; zo min mogelijk kant-en-klaar verpakt voedsel.
Ik heb ooit eens een man in de praktijk gehad die eigenlijk kwam voor duizelingen. Hij was pas 35 en hij had zwaar overgewicht. Na twee keer heb ik gezegd dat hij ook iets aan zijn gewicht moest doen. Toen zijn we zijn eetpatroon in kaart gaan brengen. Ik vroeg hoe vaak hij warm at. Na een poosje zei hij: twee keer per week. Ik kon horen dat hij dat niet eens haalde. Ik vroeg of hij het niet lekker vond, en toen zei hij: nee, dat was het niet, maar hij vond het lastig om liggend op de bank voor de TV warm te eten. Dan moet je dus uitleggen dat zo’n gewoonte niet goed is. Zo loop je tegen heel veel dingen aan.

(dit is slechts een gedeelte van het artikel dat te vinden is in de Acupunctueel!) Word lid en ontvang de Acupunctueel!

Acupuncturist Paul van Delft